De officier eist tien jaar gevangenisstraf en TBS met dwangverpleging tegen een 47-jarige verdachte op verdenking van meerdere strafbare feiten, deels gepleegd in de PI waarin zij gedetineerd zat. De volgorde van de feiten: verdachte pleegt een doodslag, komt vast te zitten voor die zaak in PI Ter Peel, en terwijl zij vast zit voor die zaak sticht zij brand in haar cel en mishandelt vervolgens een medewerker van en in de gevangenis.
Het OM verdenkt de vrouw ervan dat zij op 23 april 2024 in de Verlengde Frederikstraat in Groningen een man met messteken om het leven heeft gebracht. Na het toebrengen van de steek- en snijverwondingen heeft verdachte zelf met de meldkamer gebeld en verteld dat zij het slachtoffer uit zelfverdediging heeft gestoken en dat zij niet wilde reanimeren. Bij aankomst van de politie zien zij de verdachte in de deuropening staan, rustig maar vooral verward. De woning heeft zij voor de melding schoongemaakt.
Wat het OM betreft is van noodweer geen sprake en is wettig en overtuigend te bewijzen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan doodslag, één van de ernstigste misdrijven binnen onze samenleving. Het gevolg is onherstelbaar leed en verdriet voor de nabestaanden. En ook voor de samenleving is doodslag zeer schokkend.
In PI Ter Peel, waar verdachte gedetineerd zit in afwachting van de behandeling van haar zaak, ontstaat op 1 april 2024 een conflict tussen verdachte en een bewaarster van de PI, het latere slachtoffer. Onenigheid over recreatietijd buiten de geplande tijden is mogelijk de aanleiding geweest voor de brandstichting en de mishandeling op 27 april. De officier: “Zware mishandeling met voorbedachten rade is wat het OM betreft wettig en overtuigend te bewijzen.” Uit het dossier blijkt dat verdachte doelbewust een situatie heeft gecreëerd waarin zij op de bewaarster, waarmee zij op 1 april een conflict had, fors geweld kon toepassen.
Het slachtoffer loopt daarbij een tweevoudige breuk in de linker oogkas, een wond op het achterhoofd en een wond onder het oog op. Mogelijk moet zij zelfs nog een operatie ondergaan.
Zij maakt zich zorgen of er blijvende schade zal zijn en of zij haar werk kan blijven uitvoeren. Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan een levensgevaarlijke brandstichting in PI Ter Peel, met het achterliggende doel om een medewerker van de PI zwaar te mishandelen.
De officier: “Juist in een penitentiaire inrichting moet geweld worden vermeden; gedetineerden kunnen geen kant op, maar medewerkers ook niet. In dit geval neemt het OM het verdachte zeer kwalijk dat zij een situatie creëert waarbij de medewerkster kansloos is. Geweld tegen medewerkers van een PI moet krachtig worden bestreden. Het ondermijnt het gezag en belemmert medewerkers in de uitoefening van hun functie. Een respectvolle omgang met PI medewerkers moet deel uitmaken van onze normen en waarden. Om dit te onderstrepen is het uitgangspunt dat de sanctie in de OM-richtlijnen met 200% wordt verhoogd.”
Deskundigen geven aan dat bij verdachte sprake is van meerdere ernstige stoornissen die aanwezig waren ten tijde van de delicten en haar handelen ook hebben beïnvloed. Ook achten zij het recidive-risico op gewelddadig gedrag hoog. Dat is ook het standpunt van het OM; er is sprake van gevaar voor de algemene veiligheid van personen. Vrijlating zonder behandeling levert een ernstig gevaar voor de maatschappij.
Gelet op het voorgaande past volgens het OM een zeer lange onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De officier eist een gevangenisstraf voor de duur van tien jaar plus de maatregel TBS met dwangverpleging.