‘’Het gaat hier om een aanslag. Iets anders kun je het niet noemen. Het gooien van een stuk vuurwerk, met de kracht van een handgranaat, door de brievenbus van een woning is op zichzelf al verschrikkelijk kwalijk. Maar het lijkt hier niet om uit de hand gelopen baldadigheid te gaan, maar om een gerichte actie.’’
Met deze woorden motiveerde de officier van justitie vandaag op bij de rechtbank in Zwolle de strafeis tegen een 26-jarige vrouw uit Steenwijk. Zij gooide op 1 januari van dit jaar een cobra door de brievenbus van een woning aan de Tulpstraat in Steenwijk. Een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar, is volgens de officier passend.
Volgens het OM leveren camerabeelden, telefoongegevens en verklaringen van getuigen, aangever en de verdachte zelf wettig en overtuigend bewijs dat de vrouw de cobra gegooid heeft. Van betrokkenheid van anderen is niet gebleken.
De vrouw wordt verantwoordelijk gehouden voor wat kennelijk een wraakactie was in een lopend conflict met de bewoonster van de woning. Met het gooien van de cobra door de brievenbus heeft verdachte volgens het OM grote risico’s genomen. Niet alleen op schade, maar ook op letsel: ‘’Het betreft immers een woning waar op dat moment mensen aanwezig zijn, waaronder kinderen. Er zit notabene iemand op de WC op het moment van de explosie, 2 à 3 meter van de brievenbus waardoor de cobra is gegooid. Een cobra kan levensgevaarlijk letsel veroorzaken.’’
Het OM constateert dat het veroorzaken van explosies door het gebruik van zwaar vuurwerk steeds vaker voorkomt om ruzies te beslechten, niet alleen binnen het criminele circuit. Zeker als hierbij gevaar voor zwaar lichamelijk of dodelijk letsel te duchten valt, kan het OM hiervoor forse gevangenisstraffen eisen.
Gelet op het strafblad, maar ook op de persoonlijke omstandigheden van deze verdachte, vindt de officier van justitie hier een gevangenisstraf van 36 maanden waarvan 12 maanden voorwaardelijk passend. Ook verzocht de officier de rechtbank om de vrouw een contactverbod met de slachtoffers op te leggen.